Klanktuin

 

Wat hebben de meest uiteenlopende Nederlandse happenings als ‘Koningsdag’, de ‘Heilige Bloedprocessie Boxmeerse Vaart’, het ‘Bloemencorso Zundert’ en ‘Psalm zingen met Bovenstem’ gemeen? Wel, al deze fraaie benamingen van evenementen zijn stuk voor stuk officieel erkend als immaterieel erfgoed.
Dat psalmzingen met bovenstem bijvoorbeeld wordt met name beoefend in Genemuiden, maar ook in Staphorst en Urk. Dat speelt zich als volgt af: mannelijke zangers zingen een tegenstem bij de psalmzang uit de kerkelijke gemeente. Dit fenomeen stamt uit de tijd dat er nog geen begeleiding van een orgel was voor de gemeentezang.
Het is overigens een dergelijke zangtechniek die in Noord- en Centraal Azië is ontstaan en daar nog steeds gebruikt wordt.

Zangkunst of zingen is het op muzikale wijze gebruiken van de menselijk stem, aldus Wikipedia. Dit doet men door woorden of andere klanken (lettergrepen of onzinklanken) op verschillende toonhoogten uit te spreken volgens een bepaalde melodie.
Even terzijde: een heel apart genre is hierbij het jodelen, een kunst die voornamelijk in Zwitserland beoefend wordt.
Zingen. Wie doet het niet? Afgezien van de vogeltjes zingen mensen veel en vaak, sommigen bij voorkeur onder de douche. Zelfs diegenen die de muzikaliteit van een kip denken te hebben, fluiten of neuriën nog wel eens.

Over de vogeltjes, en dus natuur, gesproken. Zingen doe je met je hele lichaam, alle ledematen horen er bij. Het lichaam reageert op invloeden van zowel buitenaf als binnenuit. De natuur is daarbij één grote verzameling aan indrukken van kleuren, geuren, smaken, vormen, structuren en, vooral, geluiden. Kortom, alles wat je als mens ervaart, doet wat met de klank die woont in de mens zelf. De ratio heeft altijd wat tijd nodig om dingen te verwerken, maar over het algemeen reageren het menselijk lichaam en de klank die daarin leeft, spontaan en ongecensureerd door de geest.

Yvette van Laar heeft dit ook ontdekt en vervolgens een klanktuinconcept ontworpen, waarbij zij de klank van haar stem met de natuur verbindt. Ze vertelt dat ze op een gegeven moment temidden van haar uien, pompoenen en bieten bezig was met die klank. En zo al doende tot de verrassende ontdekking kwam dat de geuren en kleuren, vormen en geluiden in haar tuin ondersteunend werden voor de klank van haar stem. Al ras waren het idee en de plek voor een klanktuin gevonden, waar ze anderen met haar talenten les geeft en verrijkt. Inmiddels heeft haar aanpak bewezen dat er muziek in zit.
We gaan het meemaken. Maar dan deze keer niet in de natuurtuin, maar wel in de mooie akoestische ruimte van de prachtige Grote Kerk in Dalfsen.

Foekje Dijk